Freek ging in Zambia op bezoek bij een olifantenweeshuis. Daar ontmoette hij een aantal jonge Afrikaanse olifanten die daar worden opgevangen, omdat ze geen moeder meer hebben. De kleintjes zijn van zichzelf al sterk, maar nog niet sterk genoeg om alleen te overleven in de wildernis. Gelukkig krijgen ze goede hulp van de verzorgers!
Zoeken
Afrikaanse olifant
“Een baby-
olifant doet zijn
moeder precies na!”
Olifantenweeshuis
Snorkelen
Een Afrikaanse olifant kan supergoed zwemmen. Hij blijft drijven omdat hij zo groot is. Meestal blijft het bij pootjebaden, maar hij kan ook kopje-onder. Hij gebruikt zijn slurf dan als een soort snorkel om boven water naar lucht te happen. Handig!
Slurf
Een olifant kan nog veel meer met zijn slurf. Het is ook een soort tuinslang. Hij zuigt er water mee op en spuit dat in zijn mond. Of over zichzelf heen. Lekkere douche! De kolos kan met zijn slurf een boomstam omduwen, maar ook een inimini besje van de grond rapen.
Afkoelen
Die grote oren zijn niet alleen handig om te horen. Ze zijn ook fijn als het heet is. Een Afrikaanse olifant wappert met zijn oren, waardoor de bloedvaten in zijn oren afkoelen. Het afgekoelde bloed stroom terug zijn lijf in. Zo koelt zijn hele lijf af.
Slagtanden
Een Afrikaanse olifant is dol op boomschors. Hij stoot met zijn slagtand tegen een boom aan. Zo rukt hij voorzichtig de schors eraf. Als een ander dier de olifant aanvalt, gebruikt hij zijn slagtanden ook om het dier tegen te houden.
